Zachte berm

In het gezin van Jantje is een tweeling geboren.
'Vraag de meester of je een dagje vrij kunt krijgen', zegt vader trots tegen Jantje.
Vrolijk komt Jantje thuis en zegt: 'Ik heb een dag vrij gekregen.'
'En wat zei de meester over onze tweeling? vraagt vader.
'Ik heb het maar over één baby gehad,' antwoordt Jantje, 'de andere hou ik voor volgende week.'

Merel, Sarah, Silke en Paulien gaan een gezelschapsspel spelen.
Merel gooit de dobbelsteen naar het plafond.
'Waarom doe je dat, Merel?' vraagt Paulien.
'wie het hoogst gooit, mag beginnen', zegt Merel.

Wat doet Jantje als hij in een boom zit en niet meer naar beneden kan?
Hij doet alsof hij een blad is en wacht dan tot het herfst wordt.

Een ui en een rode kool liggen naast elkaar op het aanrecht. De rode kool klaagt steen en been: "Ik heb een afschuwelijk leven! Eerst word ik levend gekookt en dan nog opgegeten ook!"

Sussend zegt de ui: "Wat klaag jij nou? Neem mij. "Ik word levend gevild, in stukken gesneden en dan staan die huichelaars er nog bij te janken ook!"

In het Afrikaans oerwoud wandelt een kannibalenmoeder met haar kind. Opeens klinkt er een oorverdovende knal en verderop stort een vliegtuig neer.
'Mammie, wat is dat?' vraagt het klein kannibaaltje geschrokken.
'Niks bijzonders hoor. Er stortte een vliegtuig neer.'
'Wat is dat een vliegtuig?'
'O, dat is net zoiets als een kreeft. De schaal is dik en hard, maar het binnenste smaakt verrukkelijk!'