De sla
Jantjes mama vraagt of hij de sla al heeft gewassen.
Jantje antwoordt: "Ja hoor, met zeep."
Jantje is de archetypische stoute (of eerder ondeugende) jongen die allerlei kattenkwaad uithaalt. Hier zijn enkele van de beste Jantje moppen. Op deze pagina vind je ook moppen voor volwassenen. Klik hier voor Jantje moppen voor kinderen.
Jantjes mama vraagt of hij de sla al heeft gewassen.
Jantje antwoordt: "Ja hoor, met zeep."
Een meester probeert zijn leerlingen het begrip 'Wonder' uit te leggen.
"Stel je voor, Jantje, dat iemand van een hoge toren valt en helemaal niets heeft gebroken," zegt hij, "Hoe noem je dat dan?"
"Toeval," antwoordt Jantje.
"Je begrijpt het niet," zegt de meester, "Stel je voor dat die man nog eens van die toren valt en weer niet gewond is, wat is het dan?"
"Puur geluk," antwoordt Jantje.
De meester wordt er een beetje kriegel van en zegt: "Nee dat bedoel ik niet, stel je voor dat hij een derde keer van diezelfde toren valt en er weer zonder kleerscheuren vanaf komt, wat is dat?"
"Gewoonte!"
Jantje loopt langs het gemeentehuis en wordt aangesproken door een Amerikaanse toerist: "Waarom wappert er bij jullie de driekleur, wat is de betekenis van rood, wit en blauw?"
Jantje zegt: "Dat heeft te maken met de belastingen in Nederland: als we de aanslag in de bus krijgen, worden we rood van woede, als we vervolgens het te betalen bedrag lezen, trekken we wit weg om ons vervolgens blauw te betalen!"
De Amerikaan knikt begripvol en antwoordt: "Bij ons is het precies hetzelfde, alleen zien wij er nog sterretjes bij!"
Jantje komt thuis van zijn eerste dag op school.
Mama vraagt: 'En, wat heb je vandaag geleerd?'
Jantje antwoordt: 'Niet genoeg, want ik moet morgen opnieuw naar school.'
Meester: 'Als ik je twee katten geef, en nog eens twee en nog eens twee, hoeveel heb je er dan?'
Jantje: 'Zeven meester.'
Meester: 'Nee, luister goed ... als ik je twee katten geef en nog eens twee katten en nog eens twee katten geef, hoeveel heb je er dan.'
Jantje: 'Zeven, meester.'
Meester: 'Wachte, ik neem een ander voorbeeld. Als ik je twee appels geef en nog eens twee en nog eens twee appels, hoeveel heb je er dan?'
Jantje: 'Zes.'
Meester: 'Goed, dus, als ik je twee katten geef, en nog eens twee katten en nog eens twee katten, hoeveel heb je er dan?'
Jantje: 'Zeven, meester.'
De meester, nu echt ongeduldig: 'Waar haal je verdorie die zeven dan vandaan?'
Jantje, nu ook ongeduldig: 'Omdat ik al een kat heb!!'
De meester heeft een raadsletje voor de kinderen van de klas: 'Een ezel staat op 20 meter afstand van de hooiberg. Hij zit vast aan een touw van 10 meter lengte. Hoe kan die ezel toch bij de hooiberg komen?'
Jantje steekt zijn vinger op en zegt; 'Hij loopt naar de hooiberg en begint van het hooi te eten.'
'Dat denk jij,' zegt de meester, 'maar ik zei toch dat hij vastzat aan een touw van 10 meter.'
'Ja, dat heb ik wel gehoord, maar heeft niet gezegd dat het touw ergens aan vastzat.'
Mama zegt tegen Jantje: 'Als ik straks een paar dagen bij oma en opa ben, moet jij elke dag de eieren uit het kippenhok halen. En denk erom, je moet op elk ei schrijven wanneer het gelegd is.'
Als mama een paar dagen later thuiskomt ziet ze een mandje met eieren. Op elk ei is keurig geschreven 'Vandaag' !
Meester: 'Jantje, kun jij een dier noemen dat geen pootjes heeft?'
Jantje: 'Een worm.'
Meester: 'Oké, ken je er nog één?'
Jantje: 'Ja, meester, nog een worm.'
Op de lagere school is het op vrijdagmiddag, tussen half vier en vier uur, vrij vragen stellen. Jantje steekt zijn vinger op en vraagt: "Kan een meisje van 8 jaar een kindje krijgen?"
"Dat is geen vraag," zegt de juf en geeft een ander kind de beurt.
De week daarop vraagt Jantje weer: "Kan een meisje van 8 jaar een kindje krijgen?"
"Ik heb vorige week al gezegd dat ik daar geen antwoord op geef," zegt de juf.
Weer een week later stelt Jantje dezelfde vraag: "Kan een meisje van 8 jaar een kindje krijgen?"
"D'r uit!" roept de juf.
Buiten de klas gaat Jantje staan huilen. De hoofdonderwijzer komt langs en vraagt wat er aan de hand is. "Ik ben eruit gestuurd," zegt Jantje.
"Dat zie ik ook," zegt de hoofdonderwijzer, "maar waarom ben je d'r uitgestuurd?"
"Ik vroeg aan de juf of een meisje van 8 jaar een kindje kan krijgen en toen stuurde ze me eruit," zegt Jantje.
"Dat moet je ook niet aan een vrouw vragen," zegt de hoofdonderwijzer, "zoiets is een vraag voor mannen onder elkaar. En ik zal je het antwoord geven: een meisje van 8 jaar kan geen kindje krijgen."
Zegt Jantje: "Heeft dat klerewijf me mooi drie weken in de zenuwen laten zitten!"
Jantje stapt een bordeel binnen met een dode kikker in zijn hand. "Hoi," zegt hij tegen de madam, "ik wil nu graag op een hoer met herpes!"
De madam kijkt hem aan en zegt: "Zeg ventje, hoe oud ben jij, twaalf? Ga lekker weg met je vieze dode kikker! En trouwens, mijn dames hebben geen ziektes!"
Maar dan trekt Jantje vijf meijer te voorschijn. Dat verandert natuurlijk de zaak en de madam weet wel iets te regelen. Jantje komt later uit het kamertje en wil weer weg. Maar de madam is toch wel erg nieuwsgierig, ook omdat hij de dode kikker nog in zijn handen heeft. "Zeg ventje, waarom wilde je eigenlijk een dame met herpes?" is haar vraag.
"Oh," zegt Jantje, "nu heb ik herpes. Vanavond komt de babysitter en als ik haar neuk, dan krijgt zij het ook. Als mijn vader dan stiekem een nummertje met haar maakt, krijgt hij ook herpes. Als hij het dan met mijn moeder doet, krijgt zij het ook. En als zij dan morgenochtend met de melkboer gaat wippen, dan krijgt hij ook herpes."
De madam kijkt verbaasd. "Maar waarom wil je dat dan?" vraagt ze.
Waarop Jantje antwoordt: "Omdat die vieze klootzak mijn kikker heeft dood getrapt!"