Meester: 'Jantje, kun jij een dier noemen dat geen pootjes heeft?'
Jantje: 'Een worm.'
Meester: 'Oké, ken je er nog één?'
Jantje: 'Ja, meester, nog een worm.'
Meester: 'Jantje, kun jij een dier noemen dat geen pootjes heeft?'
Jantje: 'Een worm.'
Meester: 'Oké, ken je er nog één?'
Jantje: 'Ja, meester, nog een worm.'
Jantje: 'Papa, klopt het dat jouw leesbril alles groter maakt?'
Vader: 'Ja, dat klopt.'
Jantje: 'Zet hem dan maar op als je mijn rapportcijfers leest!'
Een dronkaard wankelt naar huis. Hij komt bij een mooie nieuw geasfalteerde weg, die door de regen blinkt als een spiegeltje. “Bah, een kanaal, en ik heb geen zwembroek bij me. Nou ja, er kijkt niemand”. Hij kleedt zich uit, neemt een aanloop, duikt en … klapt op het asfalt. “Verdraaid,” mompelt hij, “nu heeft het nog gevroren ook”.
Ken jij de mop van Jantje die naar Amerika vloog?
Papa, mama en Jantje hebben gegeten in een erg duur sterrenrestaurant.
Ze hebben niet alles kunnen opeten.
Papa roept de ober en vraagt: 'Kunt u de restjes in een zakje doen voor de hond?'
'Hoera!' roept Jantje, 'We krijgen een hond!'