Poepjes
Een man komt bij de burgemeester en zegt: ' Ik wil mijn naam veranderen.'
'Dat kan. Hoe heet u?' vraagt de burgemeester.
'Jan Poepjes.'
'En hoe wilt u voortaan heten?'
'Piet Poepjes.'
Een man komt bij de burgemeester en zegt: ' Ik wil mijn naam veranderen.'
'Dat kan. Hoe heet u?' vraagt de burgemeester.
'Jan Poepjes.'
'En hoe wilt u voortaan heten?'
'Piet Poepjes.'
Jantje loopt langs het huis van de burgemeester en spuugt tegen het raam. De burgemeester komt boos naar buiten en vraagt: 'Wat zou jou moeder ervan vinden als ik bij jullie tegen het raam spuug?' Jantje: 'Dat zou ze heel knap vinden, wij wonen op de tiende verdieping!'
Een pastoor vindt een dode ezel voor zijn deur. Hij belt de burgemeester op en verzoekt hem het dier weg te halen. "Daar heb ik niks mee te maken", zegt de burgemeester, die een gloeiende hekel aan de pastoor heeft. "Per slot van rekening is het uw taak de doden te begraven!"
"Daarom bel ik juist op", zegt de pastoor. "De wet schrijft namelijk voor dat eerst de familie geraadpleegd dient te worden."
Een boerke en de burgemeester zitten in de wachtkamer van de dokter hun beurt af te wachten. De boer heeft een verkoudheid, terwijl de burgemeester wat darmprobleempjes lijkt te hebben.
Zegt de burgemeester: "Zeg boer, als we nu een beetje zouden rijmen en dichten, is dat geen goed idee, zo gaat de tijd veel sneller vooruit.'
Diene boer trekt een beetje zijn schouders op waarop de burgemeester weer: 'Allé vooruit, ik zal beginnen, dan zult ge zien hoe leuk het is.' en hij zegt: 'Boer, het is aan uwen toer.'
De boer denkt effe na en zegt dan: 'Burgemeester, steek uwe vinger in uw gat.' 'Maar enfin' zegt de burgemeester, 'Dat zegt ge toch niet ... en het rijmt ook niet!'
Waarop de burgemeester: 'Neen, maar het dicht wel hé meneer de burgemeester!'