Karin mag in de vakantie naar tante Gerda.
'Heb je alles ingepakt?' vraagt moeder.
'Ja, mama, alles.'
'Heb je ook aan je washandjes en zo gedacht?'
'Washandjes?' Ik dacht dat ik met vakantie ging!'
- 7 weergaves
Karin mag in de vakantie naar tante Gerda.
'Heb je alles ingepakt?' vraagt moeder.
'Ja, mama, alles.'
'Heb je ook aan je washandjes en zo gedacht?'
'Washandjes?' Ik dacht dat ik met vakantie ging!'
Een patiënt is bij de dokter en kwebbelt er rustig op los.
'Wees toch even stil, zegt de dokter geërgerd.
Patiënt: ' Maar daar is het spreekuur toch voor, dokter?'
Een agent ziet een oen met zijn sleutel in een lantaarnpaal rommelen. Zegt de agent: ‘Er woont hier niemand dus u kunt beter naar huis gaan.’ Zegt de oen: ‘Maar er brandt boven toch licht?
Een man eet wat aan de bar.
Hij roept de ober.
'Ober, er zit een haar in mijn soep!'
Zegt de ober: ' Roep niet zo hard. Straks wil elke klant er een.'
De moeder van Jantje zet een bord soep voor hem op tafel en roept Jantje dat hij moet eten. Ze zegt: “Ik heb het tafelkleed net gewassen, dus maak het niet vies!
Als je knoeit houd ik per vlek twee euro op je zakgeld in.” Vervolgens gaat ze de keuken weer in.
Als ze terugkomt, ziet ze jantje met zijn lepel soep uitsmeren over het laken. Ze is woedend en schreeuwt naar Jantje: “Wat ben je aan het doen!?”
Jantje zegt: “Ik maak van drie vlekken één vlek, dan ben ik minder zakgeld kwijt.”
Jantje: 'Mag ik nog wat lezen totdat ik in slaap val?' Moeder: ' Ja, maar geen minuut langer!'