Twee augurken zitten in een pot. Zegt de ene augurk tegen de andere: 'Nu wil ik bij het raam zitten!'
Categorie
Twee augurken zitten in een pot. Zegt de ene augurk tegen de andere: 'Nu wil ik bij het raam zitten!'
'Wat doe je Isabel?'
'Ik schrijf een brief aan oma.'
'Waarom schrijf je zo traag?'
'Omdat oma niet zo snel kan lezen.'