De onderwijzer zegt: ' Er bestaan woorden die een samenstelling zijn van twee andere woorden zoals bloempot, bloem en pot.
Wie kan er nog een voorbeeld geven van een samenstelling?'
Maxim is er als de kippen bij en antwoordt: 'Ik meester. Kostuum!'
'Uit welke twee woorden bestaat dat dant? wil de onderwijzer weten.
'Uit een broek en een vest, meneer', antwoordt Maxim.
Mama: "Heb je niet gehuild bij de tandarts?"
Rita: "Nee mama, de tandarts heeft gehuild."
Mama: "Waarom huilde hij?"
Rita: "Omdat ik in zijn vinger heb gebeten."
Een boer fietst in het dorp naast zijn paard. Hij wordt aangehouden door een agent.
'Zo,' zegt de agent, 'dat wordt een flinke boete. U weet toch dat uw paard niet los over de straat mag lopen!'
'Verdraaid,'zegt de boer, 'is hij weer van mijn bagagedrager gesprongen?'
Jantje is een dagje aan zee met zijn familie.
Hij komt uit het water en zegt:
'Mama, mag ik een ijsje?'
Mama zegt: ' Straks als je opgedroogd bent.'
Waar Jantje antwoordt: ' Goed mama, dan ga ik ondertussen nog even het water in!'
Zegt een man bij de slager: 'Slager, heeft u varkenspootjes?' Zegt de slager: 'Nee, zo loop ik altijd.'
Leraar aan leerling :'Ken jij Frans?' 'Ja, meneer, Frans is mijn oom.' 'Nee, dat bedoel ik niet, spreek jij Frans?' 'Ja, meneer, elke zondag wanneer hij bij ons op bezoek komt.''Nee, dat bedoel ik ook niet, versta jij Frans?' 'Ja, meneer, maar dan moet hij wel Nederlands praten.'
