Lopen er twee gekken om twee uur 's ochtends door het stadspark.
Horen ze plots : " Oehoe....oehoe....oehoe"
Zegt de ene : "Hoor je ? Een uil !"
En de andere : "Nee hoor, da's een karper !"
"Ja dat zal wel !" antwoordt de eerste "Een karper midden in de nacht, zeker !"
Jantje staat op de brug te huilen.
Er komt een man aangelopen en vraagt: 'Waarom huil je zo Jantje?'
'Een paar jongens hebben mijn brood in het water gegooid.'
'Met opzet?'
'Nee, met kaas.'
Er is brand in een huis. De brandweer komt eraan en probeert een oud vrouwtje te redden. Een brandweerman gaat de ladder op en zoekt naar de oude mevrouw. Uiteindelijk kan hij haar vinden en loopt met de vrouw naar de ladder. “Even op uw tanden bijten oma, dit is zo voorbij”, zegt hij. “Oh nee,” antwoordt de oude dame, “dan moeten we weer naar boven, want mijn gebit ligt nog in de badkamer.”
Er is een test. De hoogleraar zegt dat iedereen 2 uur tijd heeft en dat hij daarna geen enkel blad meer aanneemt.
Nadat de tijd om is, geeft iedereen zijn blad af behalve een jongen die zoals een zot voortschrijft. Een half uur later wil hij zijn blad afgeven maar de hoogleraar aanvaardt het niet meer.
Dan vraagt de student:"Weet u wel wie ik ben?"
"Nee" knikt de hoogleraar.
"Dan is het goed" zegt de jongen en schuift zijn blad in het midden van de stapel.