Een grote man en een kleine man staan naast elkaar in een urinoir. Vraagt de grote aan de kleine: "Waarom knipper je steeds met je ogen, ben je zenuwachtig?" "Helemaal niet," zegt die kleine, "maar dat komt omdat jij zo staat te spetteren."
Jantje: ' Weet u waarom ik hier ben, oom?'
Oom:' Natuurkijk weer voorv het zelfde'.
Jantje: ' Ik wed voor een briefje van 100 dat u het niet weet.'
Oom: ' Akkoord. Je kwam hier natuurlijk weer eens om geld te lenen.'
Jantje: ' U hebt verloren, oom. Geef me dat briefje van honderd maar. Ik kwam alleen maar eens kijken hoe het met mijn tante gaat.'
Louis zegt tegen zijn kameraad: "Ik heb vannacht zes muggen doodgeslagen. Drie mannetjes en drie vrouwtjes."
Vraagt zijn kameraad: "Hoe weet je dat het drie mannetjes en drie vrouwtjes waren?"
"Omdat er drie op de tv zaten en drie op de spiegel!"
Het zoontje van heel rijke ouders gaat voor het eerst naar school. Zijn moeder drukt hem op het hart om niet te vertellen hoe rijk ze zijn. Als het jongetje zich op school moet voorstellen zegt hij: "Wij zijn thuis héél arm: de butler is arm, de kok is arm, de bewakers zijn arm en zelfs de schoonmaaksters zijn heel erg arm!"