In een kamer ligt een dode man. De kamer heeft vier muren: een paarse muur, een rode muur, een gele muur en een blauwe muur. Het plafond is groen en de vloer is zwart. Wat klopt hier niet?
- 46 weergaves
In een kamer ligt een dode man. De kamer heeft vier muren: een paarse muur, een rode muur, een gele muur en een blauwe muur. Het plafond is groen en de vloer is zwart. Wat klopt hier niet?
Een man vraagt in een restaurant: 'Hoeveel kost een druppel champagne?'
De ober antwoordt: 'Helemaal niks.'
'Goed,' zegt de man, 'laat mijn glas dan maar eens flink voldruppelen ...'
Anneke zegt tegen haar tante: ‘Ik wil nooit een tweeling hebben. Want als ze huilen, zijn het er altijd twee.’ ‘Dat valt wel mee’, zegt haar tante. ‘Meestal huilt de een zo hard dat je de ander niet meer kunt horen!’
Jantje komt thuis van zijn eerste dag op school.
Mama vraagt: 'En, wat heb je vandaag geleerd?'
Jantje antwoordt: 'Niet genoeg, want ik moet morgen opnieuw naar school.'