Een man komt bij de psychiater voor een onderzoek
De psychiater laat de man een blad papier zien met enkel wat gekleurde lijnen op. "Wat zie je hierin ?" vraagt de psychiater. "Een blote vrouw," antwoordt de man. Dan laat de psychiater een ander blad zien met gekleurde vierkantjes. "En wat zie je hier in ?" vraagt de psychiater opnieuw. "Dat zijn blote mannen," zegt de patiënt. De psychiater fronst zijn wenkbrauwen eens en nu laat hij de man een blad zien met gekleurde lijnen en vierkanten door elkaar. "Wat zie je dan hierin " ? vraagt hij. Dat is toch simpel zegt de man dat zijn mannen en vrouwen die seks hebben." antwoordt de man.
"Mijnheer, ik denk dat jij een seksmaniakske zijt".
zegt de psychiater. "hela ,hela van wie zijn die vieze prentjes, nie van mij hé ...."
Nog 5 willekeurige moppen
2 kamelen
2 kamelen (vader en zoon) staan naast elkaar.
Zegt de zoon: 'Paaaa'
Vader: 'Ja zoon?'
Zoon: 'Waarom hebben wij zo van die lange poten?'
V: 'Wel zoon, dat is voor in de woestijn zodat we niet in het zand zouden zakken.'
Z: 'Ah ja.'
De zoon denkt nog eens na en na 10 minuten:
Z: 'Paaaaaaaaaa.'
V: 'Ja zoon?'
Z: 'Waarom hebben wij zo van die 2 bulten op onze rug?'
V: 'Wel zoon, dat is ook voor in de woestijn dat dient voor de mensen zodat die niet van onze rug zouden vallen.'
Z: 'Ah ja.'
Weer 10 minuten later:
Z: 'Paaaaaaa.'
V: 'Ja zoon?'
Z: 'Waarom hebben wij zo van die lange wimpers?'
V: 'Wel zoon, dat is ook al voor in de woestijn zodat wij geen zand in onze ogen zouden krijgen.'
Z: 'Ah ja.'
Na een half uur denken:
Z: 'Paaaaaaaa.'
V: 'Ja zoon?'
Z: 'Waarom is dat allemaal voor in de woestijn als wij hier toch maar in Planckendael staan?'
Sander
sander: 'Mama, wanneer ben ik geboren?'
Mama: 'Op 15 april'
Sander: 'Hé dat is ook toevallig. Ik ben geboren op mijn verjaardag.'
Meneer Vaantjes
Meneer Vaantjes heeft visite.
Opgewonden komt zijn zoon de kamer binnen gelopen en zegt:'Papa, papa!'
Zijn vader onderbreekt hem: 'Dries ik heb visite. Ik heb je toch gezegd dat je alleen iets mag zeggen als je iets gevraagd wordt!'
'Kun je me dan snel niet even vragen of mama niet van de trap gevallen is?'
Ventilator
De meester vraagt zijn leerlingen een zin te bedenken waar het woord Ventilator in voorkomt. Wim: 'Het is warm in de klas, de meester zet de ventilator aan'. Henk: 'De slager zet in de zomer de ventilator aan anders bederft het vlees'. Jantje ( heel lang nadenkend) 'Als je vroeg in de bioscoop bent, heb je een betere plaats dan de VENTDIELATER komt '.