De meester vraagt zijn leerlingen een zin te bedenken waar het woord Ventilator in voorkomt. Wim: 'Het is warm in de klas, de meester zet de ventilator aan'. Henk: 'De slager zet in de zomer de ventilator aan anders bederft het vlees'. Jantje ( heel lang nadenkend) 'Als je vroeg in de bioscoop bent, heb je een betere plaats dan de VENTDIELATER komt '.
Jantje is bij de tandarts geweest.
Moeder vraagt hem:
'Doet je kies nu nog pijn, Jantje?
'Geen idee,' antwoordt Jantje, 'de tandarts heeft hem bijgehouden.
Koos en Nele zitten in een restaurant. Dolverliefd kijken ze elkaar aan en fluisteren ze lieve woordjes. De ober staat al zeker tien minuten te wachten naast hun tafel om de bestelling op te nemen.
Dan zegt Koos: "Nele liefje, ik zou je wel kunnen opeten!"
"Goed," zegt de ober snel, "en wat zou u daarbij willen drinken?"
Een man heeft bij het paardrijden zijn arm en pols gebroken. Zijn vrouw is erg ongerust en vraagt de dokter: 'Ik smeek u, dokter, vertel me de waarheid... Kan mijn man wel de afwas blijven doen?'
Isabel: 'Hoe laat is het?'
Juf: 'Drie uur.'
Isabel: 'Oh nee!'
Juf: 'Wat is er?'
Isabel: 'Ik vraag al de hele dag hoe laat het is en ik krijg steeds een ander antwoord!'