Jantje zit in de klas, de juf vraagt aan de kinderen om een woord te zeggen, waar 2 g's in voorkomen. Jantje steekt meteen z'n vinger in de lucht, maar de juf weet dat Jantje altijd vreemde antwoorden geeft. Dus ze geeft het woord aan Leentje.
Nou, zegt Leentje, gang!
Ja, zegt de juf, dat is een heel goed woord.
Wie weet er nog een?
Weer steekt Jantje z'n vinger in de lucht, maar de juf geeft eerst Piet het woord.
Garage, zegt Piet.
Ja, dat is ook een heel goed woord.
Is er nog iemand met een woord.
Weer Jantje met z'n vinger in de lucht.
Nou Jantje zeg het maar.
Geslachtsgemeenschap, zegt Jantje.
De juf wordt rood en zegt: Ja Jantje dat is inderdaad een woord met 2 g's, maar het is ook een hele mond vol.
Nee, zegt Jantje, dat is pijpen en dat is met 2 p's!