Een man is samen met zijn vrouw boodschappen aan het doen. Op een gegeven moment is hij zijn vrouw kwijt en hij rijdt dus alleen met het karretje door de winkel, op zoek naar zijn vrouw. Plots botst hij met zijn karretje tegen het karretje van een andere man aan. "Oh, mijn excuses meneer," zegt de man. "Ik lette even niet op, het is namelijk zo dat ik mijn vrouw kwijt ben en die ben ik aan het zoeken." "Nou, dat is toevallig," zegt die andere man. "Ik ben ook mijn vriendin kwijt en zoek haar ook." "Dat is inderdaad toevallig," zegt de andere man en vraagt hoe zijn vriendin eruit ziet. "Nou," zegt de man, "ze is lang, slank, lang blond haar, mooie grote borsten, lange benen, zwarte laarzen, en een kort rokje. En hoe ziet die van jou eruit?" "Wat kan mij dat verrotten," zegt de andere man, "we gaan die van jou zoeken!!"
Nog 5 willekeurige moppen
Ezel
De meester heeft een raadsletje voor de kinderen van de klas: 'Een ezel staat op 20 meter afstand van de hooiberg. Hij zit vast aan een touw van 10 meter lengte. Hoe kan die ezel toch bij de hooiberg komen?'
Jantje steekt zijn vinger op en zegt; 'Hij loopt naar de hooiberg en begint van het hooi te eten.'
'Dat denk jij,' zegt de meester, 'maar ik zei toch dat hij vastzat aan een touw van 10 meter.'
'Ja, dat heb ik wel gehoord, maar heeft niet gezegd dat het touw ergens aan vastzat.'
Talen
Een man komt bij een restaurant en ziet een bordje staan met de tekst: 'In dit restaurant wordt Nederlands, Engels, Deens, Frans, Italiaans, Turks en Duits gesproken.’ De man loopt naar binnen en vraagt aan de ober: ‘Dat zijn veel talen! Wie spreekt die allemaal?' Antwoordt de ober: ‘De gasten, meneer!’
Weer of geen weer, morgen ga ik het gras maaien!
Een gezin zit op het dak te wachten tot er hulp komt. De moeder zegt: "Zie je? Daar in het water drijft de hele tijd een hoed op en neer."
Het kleinste jongentje zegt: "Ow, dat is opa. Gisteren zei hij tegen mij: "Weer of geen weer, morgen ga ik het gras maaien!""
Jantje, wil je even boodschappen doen
Moeder: “Jantje, wil je even boodschappen doen? En neem je zusje ook mee!”. Onderweg valt zijn zusje in het kanaal. Als Jantje even later thuis komt, vraagt moeder: “Waar is je zusje?” Jantje: “In het kanaal gevallen”. “Waarom heb je haar dan niet gered?” “Dat stond niet op het boodschappenlijstje, moeder”.