Moppen voor kinderen

Jack en Bill gaan op vakantie.

Jack neemt de tv mee.

Zegt Bill: 'Hebben we nog iets nodig?'

Zegt Bill: 'Ja, hondervijftig kilometer verlengsnoer.'

Waarom hebben ze in Holland geen ijsblokjes meer?

Een man komt bij de burgemeester en zegt: ' Ik wil mijn naam veranderen.'
'Dat kan. Hoe heet u?' vraagt de burgemeester.
'Jan Poepjes.'
'En hoe wilt u voortaan heten?'
'Piet Poepjes.'

Twee onderbroeken liggen samen in de wasmand.
Zegt de ene tegen de andere: "Ben jij op reis geweest? Je ziet er zo bruin uit."

'Zoek eens twee dingen die bij elkaar horen', zegt de juf.
'Mijn achterwerk en mijn ogen.'
'Dat kan toch niet, Lientje!'
'Jawel juf, want als mijn vader me een pak voor de broek geeft, komen de tranen in mijn ogen!'

Een paardeneigenaar is boos op zijn springruiter, die als laatste is geëindigd.

'Potverdorie, had je niet wat beter kunnen springen?'

'Ik wel ...maar ik moest toch bij het paard blijven!'

Twee kikkers zitten in de achtbaan. Zegt de ene kikker tegen de andere: 'Voel je je wel goed?' Zegt de andere kikker: 'Ja hoor, waarom vraag je dat?' 'Nou, je ziet een beetje groen!'

Hoe heet een framboos die blij is?

Een ui en een rode kool liggen naast elkaar op het aanrecht. De rode kool klaagt steen en been: "Ik heb een afschuwelijk leven! Eerst word ik levend gekookt en dan nog opgegeten ook!"

Sussend zegt de ui: "Wat klaag jij nou? Neem mij. "Ik word levend gevild, in stukken gesneden en dan staan die huichelaars er nog bij te janken ook!"

David is op schoolkamp en schrijft zijn ouders een briefje:

'Lieve mama en papa, alles is hier leuk. Wat is eigenlijk een epidemie?'