Een dom blondje en haar man liggen in bed te slapen. Het is 4 uur in de nacht en ineens gaat de telefoon over. Het domme blondje neemt de telefoon op, een moment is het stil en dan roept het domme blondje ineens “Hoe kan ik dat nou weten? Ik woon er 300Km van vandaan!” en hangt op. Vraagt haar man “Wie was dat dan zo laat in de nacht?”
Waarop het domme blondje antwoordt: “Ik zou het niet weten, één of andere vrouw die wou weten of de kust veilig was.”
Jannie: 'Kijk eens Ilse, daar vliegt een ooievaar.'
Ilse: 'Onzin! Ooievaars bestaan niet.'
Pietje van 6 staat met een treurig gezicht bij z'n fietsje. De ketting is er afgelopen.Z'n vader komt erbij en legt er de ketting op. Als hij klaar is, zegt hij :'Eigenlijk moet zo'n grote jongen als jij dat zelf al kunnen.' Antwoord Pietje :'Dat kan ik ook, maar je krijgt er altijd van die smerige handen van!'
Het was een hete zomerdag geweest en net toen mama haar kleine spruit in bed wou stoppen, brak een hevig onweer uit.
De kleine jongen was doodsbang en met een trillende stem vroeg hij: "Mama, wil je bij mij slapen vannacht?"
Moeder gaf haar zoontje een flinke knuffel en zei: "Ik kan niet, ik moet bij papa slapen."
Het jongetje was even stil en zei toen: "Wat een grote bangerik is hij toch, hé."
Jantje vertelt in de klas dat er vannacht een flurk bij hem thuis op het dak zat.
'Wat is een flurk?' vraagt de juf.
'Een flurk? Weet ik veel. Ik ga echt niet midden in de nacht op het dak kruipen om te kijken wat een flurk is!'
Maarten van zes staat met een treurig gezicht bij zijn fietsje. De ketting is eraf gelopen. Een voorbijganger ziet het en snelt hem te hulp.
Terwijl hij bezig is de ketting er weer om te leggen, zegt hij: 'Eigenlijk moest zo'n grote jongen als jij dat zelf al kunnen.'
Waarop Maarten antwoordt: 'Dat kan ik ook wel, maar je krijgt er altijd van die smerige handen van.'