bij de opticien

Koos, Kees en Klaas gaan naar het oerwoud.
Koos pakt een toeter.
Hij zegt: ' Die neem ik mee. Als ik een leeuw zie, blaas ik op mijn toeter.
Dan rent die leeuw weg?'
Kees pakt een geweer.
Hij zegt: 'Dat neem ik mee. Als ik een leeuw zie dan schiet ik op hem.'
Klaas pakt de deur van een auto mee.
Hij zegt: ' Die neem ik mee.'
Koos en Kees kijken Klaas vreemd aan.
Ze vragen: ' Waarom neem jij de deur van een auto mee?'
'Weet je wat ik dan doe?'
'Nou?' zeggen Koos en Kees.
'Dan draai ik gauw het raampje dicht!.

Welke bus kan niet rijden? 

Jantje gaat boodschappen voor zijn moeder doen en zijn zusje gaat mee. Zijn moeder zegt: 'Alleen meenemen wat op het lijstje staat.' Op de weg terug naar huis valt zijn zusje in de sloot, maar Jantje loopt door. Als Jantje terugkomt, vraagt zijn moeder: 'Waar is je zusje?' 'Oh, die viel in de sloot, maar ik mocht alleen meenemen wat op het lijstje stond!'

Sofie: 'Oma bent u van metaal?'

Oma: 'Natuurlijk niet, liefje, hoe kom je daar nu weer bij?'

Sofie: 'Nou, als u op bezoek komt zegt vader: "Wat moet die ouwe tang nu weer?"'

Een man rijdt over de weg langs een boer en er lopen kippen op de weg. De man ziet een kip te laat en rijdt er één aan. De man stapt uit de auto en pakt de kip. Hij loopt naar de boer die buiten staat en vraagt: 'Is die kip van jou?' 'Nee,' zegt de boer, 'mijn kippen zijn niet plat!'