Pastoor op vakantie

Een pastoor wil op vakantie gaan maar wil graag dat het biechten tijdens zijn afwezigheid doorgaat. Daarom vraagt hij aan de koster om, tijdens zijn vakantie, voor hem waar te nemen met biechten. Alvorens de pastoor weggaat zet hij op een papiertje hoeveel onze vaders en weesgegroetjes gebeden moeten worden voor alle zonden.

De dag nadat de pastoor op vakantie is gegaan komt er een jongedame biechten. Ze zegt dat ze een man heeft gepijpt. De koster kijkt op zijn papiertje wat hij van de pastoor gekregen heeft. Echter staat voor deze zonde niets op dit papiertje. De koster opent de deur van de biechtstoel en roept naar een van de misdienaars.
"Wat geeft de pastoor voor pijpen?!"
Waarop hij het volgende antwoord krijgt:
"Meestal een reep chocola!"

Gemiddeld: 6.5 (2 stemmen)

Nog 5 willekeurige moppen

Twee honden in de woestijn

Twee honden zijn verdwaald in de woestijn. Dan gromt één van hen:"Als we nu niet snel een boom tegenkomen dan doe ik het in mijn broek".

Gemiddeld: 7 (3 stemmen)
Categorie

Langzaam maar zeker

Een rups en een duizendpoot gaan naar een café. De rups gaat naar binnen en bestelt een glas limonade. Twee uur later is de duizendpootook binnen.
'Waar bleef je toch?' vraagt de rups.
'Er stond een bordje met de tekst: "Voeten vegen"!'

Gemiddeld: 2 (1 stem)
Categorie

Vijf euro

Jantje vraagt 5 euro aan zijn vader, maar zijn vader geeft hem niets.

'Vader', zegt Jantje, 'als je mij vijf euro geeft, dan vertel ik wat mama vandemorgen bij de bakker zei.'

Vader pakt zijn portemonnee en geeft Jantje vijf euro.

'Wat zei mama dan tegen de bakker?' vraagt vader.

'Twee witte broden en een rozijnenbrood', antwoordt Jantje.

Gemiddeld: 8.3 (7 stemmen)
Categorie

Chemie les op school

Jantje komt thuis na een lange schooldag en zijn vader vraagt hem: "Hoe was het op school?"

Zegt Jantje: "Wel, we gingen in de les chemie een bom maken."

De moeder komt net binnen en vraagt ook: "Hoe was het op school?"

Zegt Jantje met een lach: "Welke school?"

Gemiddeld: 4 (2 stemmen)
Categorie

Een kleine jongen had problemen met het aantrekken van zijn laarsjes,

Een kleine jongen had problemen met het aantrekken van zijn laarsjes, bijgevolg knielde de juf en hielp hem.

Met trekken en sleuren lukte het haar, eerst de ene en daarna ook de andere.

Toen zei die kleine "die botten zitten aan de verkeerde voet". De kinderjuf slikte haar opkomende ergernis maar in en ze keek vol ongeloof naar de voeten van het kind.

Maar hij had gelijk, links en rechts was verwisselt.

Het was voor de juf al even moeilijk om de laarsjes weer van de voetjes te trekken,als het was om ze weer terug aan te doen,en ditmaal aan de goede voet.

Ondanks alles lukte het haar om haar ergernis in te slikken.
Als al het werk gedaan was zij de kleine "dat zijn mijn bottekes nie".
Bij de juf kwam nu toch wel een beetje woede naar boven,en ze moest op haar tong bijten om die kleine niet uit te maken voor het lelijkste van de straat!

Ze zei alleen maar:"en waarom zegde gij da nu pas?"

Zich aan het noodlot onderwerpend, begon zij opnieuw aan de laarsjes te trekken en te sleuren tot ze weer van zij voetjes waren.

En de kleine begon het uit te leggen:"dat zijn de bottekes van mijn broer, maar ons ma heeft gezegd dat ik die vandaag moest aandoen omdat het zo koud is."

Op dat moment wist ze niet meer of ze stillekens moest wenen of op hem moest brullen.
Ze nam maar weer al haar moed bijeen, en ze en ze trok en sleurde tot zijn bottekes weer aan voetjes zaten.

klaar!

Dan vroeg zij gans opgelucht aan de kleine jongen:"okay,en waar zijn uw handschoenen?"

Waarop hij antwoordt: "die heb ik vanvoor in mijn bottekes gestoken!!!"

Gemiddeld: 6 (1 stem)
Categorie