John en Billy zijn op het strand. Ze krijgen allebei een boterham van Johns moeder. John gooit die van Billy in het water. Billy huilt.
Er komt een man langs die vraagt: "Jongetje, waarom huil je?"
"John heeft mijn boterham in het water gegooid."
De man vraagt: "Was het met opzet?"
John zegt: "Nee, met kaas."
Daantje mag bij Wouter gaan logeren. Daantje kijkt vreemd wanneer hij Wouters slaapkamer binnen stapt.
Daantj:'Waarom slaap jij met blikken verf naast je bed?'
Wouter:'Om in kleur te dromen!'
Jantje staat met zijn moeder in een groentewinkel. Als moeder heeft afgerekend zegt de groenteman: "Pak maar een handvol nootjes!"
Jantje kijkt naar de nootjes maar doet niks. Dan zegt de groenteman het nog een keer. Jantje doet nog steeds niets. De groenteman loopt naar de kist, pakt een handjevol nootjes en geeft ze aan Jantje.
Buiten vraagt zijn moeder: "Waarom pakte je die nootjes niet zelf?"
Jantje: "Omdat de groenteman veel grotere handen heeft dan ik!"
‘Mama, mag ik een euro? Er staat buiten op straat een man te schreeuwen.’
‘Wat lief van je, Bart! Hier heb je wat geld.’
‘Maar wat zegt die man dan eigenlijk?’
Bart vanuit de gang: ‘Vanilleijs, aardbeienijs, slagroom en nootjes!’
Jut en Jul zitten in een boot.
De boot zinkt.
'Help!' roept Jut
'Help! help!'
Zegt Jul:
'We jkunnen beter samen roepen!'
Roept Jut:
'Samen! Samen!!'
