Koos en Nele zitten in een restaurant. Dolverliefd kijken ze elkaar aan en fluisteren ze lieve woordjes. De ober staat al zeker tien minuten te wachten naast hun tafel om de bestelling op te nemen.
Dan zegt Koos: "Nele liefje, ik zou je wel kunnen opeten!"
"Goed," zegt de ober snel, "en wat zou u daarbij willen drinken?"