Komt een skelet bij de zuster.
Zegt de zuster: "Kon u niet vroeger komen?"
- 10 weergaves
Komt een skelet bij de zuster.
Zegt de zuster: "Kon u niet vroeger komen?"
'Welke vier woorden gebruiken leerlingen het meest?' vraagt de juf tijdens de taalles.
'Ik weet het niet', antwoorden een paar kinderen tegelijk.
'Inderdaad, goed geantwoord', zegt de juf.
Jantje vraagt 5 euro aan zijn vader, maar zijn vader geeft hem niets.
'Vader', zegt Jantje, 'als je mij vijf euro geeft, dan vertel ik wat mama vandemorgen bij de bakker zei.'
Vader pakt zijn portemonnee en geeft Jantje vijf euro.
'Wat zei mama dan tegen de bakker?' vraagt vader.
'Twee witte broden en een rozijnenbrood', antwoordt Jantje.