Een visje komt een zeepaardje tegen in de zee. Het visje zegt: 'Hoi!' Het zeepaardje zegt terug: 'Haai!' Het visje kijkt verschrikt om zich heen en roept geschrokken: 'Waar?'
Hoi! Haai!
Nog 5 willekeurige moppen
Dom en slim
De meester zegt tegen zijn leerlingen: 'Domme mensen zijn zeker, slimme mensen twijfelen.'
Waarop Jantje vraagt: 'Bent u daar zeker van?'
'Ja, heel zeker,' antwoordt de meester.
Ezel
De meester heeft een raadsletje voor de kinderen van de klas: 'Een ezel staat op 20 meter afstand van de hooiberg. Hij zit vast aan een touw van 10 meter lengte. Hoe kan die ezel toch bij de hooiberg komen?'
Jantje steekt zijn vinger op en zegt; 'Hij loopt naar de hooiberg en begint van het hooi te eten.'
'Dat denk jij,' zegt de meester, 'maar ik zei toch dat hij vastzat aan een touw van 10 meter.'
'Ja, dat heb ik wel gehoord, maar heeft niet gezegd dat het touw ergens aan vastzat.'
Gisteren
'Met welke letter begint gisteren?' vraagt de meester in de klas.
'Met de letter w', zegt een leerling trots.
'Met een w?' vraagt de meester verbaasd.
Leerling: 'Jazeker, gisteren was het toch woensdag?'
Een dronkaard wankelt naar huis
Een dronkaard wankelt naar huis. Hij komt bij een mooie nieuw geasfalteerde weg, die door de regen blinkt als een spiegeltje. “Bah, een kanaal, en ik heb geen zwembroek bij me. Nou ja, er kijkt niemand”. Hij kleedt zich uit, neemt een aanloop, duikt en … klapt op het asfalt. “Verdraaid,” mompelt hij, “nu heeft het nog gevroren ook”.
Snotneus
Een kleine jongen, die vreselijk verkouden is, zit in de trein naast een nette dame, die er niet van gediend is dat het jongentje voordurend zijn neus ophaalt.
'heb jij geen zakdoek?' vraagt ze uiteidelijk.
'Jawel mevrouw ,'zegt het jongetje . 'Maar die mag ik niet uitlenen van mijn moeder.'