Een vrouw loopt over straat en ziet een bedelaar zitten.
'Hier, arme man, hier heb je 5 cent', zegt de vrouw tegen de bedelaar.
'En hoe komt het toch dat je het zo moeilijk hebt?'
'Ach,' zucht de bedelaar,' mevrouw, ik was vroeger een beetje zoals u, ik gaf ook altijd zo van die grote sommen geld weg aan arme mensen...'
Er zitten twee onderbroeken op het strand. Zegt de ene onderbroek tegen de andere: 'Ik ga lekker zonnen!' Zegt de andere onderbroek: 'Maar je bent toch al bruin genoeg?'
Keesje komt bij z’n leraar. “Ik word gepest meneer, ze noemen me allemaal schele Keesie”
Zegt z’n leraar: “Wat kan jou dat nou toch schelen Keesie”
Een egeltje steekt een parkeerplaats over. Hij ziet een auto met een platte band. “Eindelijk”, zucht hij, “heeft ook eens iemand van ons gewonnen”
Pieter vraagt aan de meester van het dorpsschooltje: 'Wat is er met u gebeurd? U ziet eruit als die leeuw in de wei van boer Jansen...'
'Maar, jongen,' antwoordt de meester, 'dat is geen leeuw , dat is een ezel!'
'Ja meester, dat weet ik wel, maar dat durfde ik niet zeggen!'
