Een man vraagt aan een visser:'Bijten ze?'
'Nee hoor! Kom maar gerust dichterbij', antwoordt de visser.
- 1 weergave
Een man vraagt aan een visser:'Bijten ze?'
'Nee hoor! Kom maar gerust dichterbij', antwoordt de visser.
Jantje krijgt op school zijn rapport. Hij heeft allemaal enen. Als hij naar huis loopt, gooit hij het rapport in de vijver. Als hij thuiskomt vraagt zijn moeder: 'Waar is je rapport, Jantje?' Jantje begint te zingen: 'Alle eendjes zwemmen in het water!'
In een kroeg krijgen een man met een houten been en een blinde ruzie met elkaar. De man met het houten been zegt: 'Pas op, of ik geef je een trap tegen je achterwerk.' De blinde zegt: 'Dat moet ik nog zien.'
Stijn komt op school met een enorm verband om zijn hoofd.
De onderwijzer vraagt: 'Wat is er met jou gebeurd?' 'Ik ben door een wesp gestoken, meester.'
'Maar daar is toch geen verband om je hoofd voor nodig?' zegt de onderwijzer.
'Toch wel', antwoordt Stijn. 'Vader heeft de wesp doodgeslagen met een schop...'
In een kamer ligt een dode man. De kamer heeft vier muren: een paarse muur, een rode muur, een gele muur en een blauwe muur. Het plafond is groen en de vloer is zwart. Wat klopt hier niet?